Het veranderen van het uiterlijk van de grafieken van functies

Om het uiterlijk van een grafiek van een functie in het hoofdplotscherm te wijzigen, selecteert u de functie in de zijbalk Functies. U kunt de lijndikte veranderen, de kleur en vele andere eigenschappen, door op de knop Kleur te klikken, of op Gevorderd... onder in de sectie Uiterlijk.

Als u een cartesische functie bewerkt, heeft de functiebewerker drie tabbladen. In het eerste kunt u de vergelijking opgeven van de functie. In het tabblad Afgeleiden kunt u opgeven dat de eerste en tweede afgeleide functies worden getekend. In het tabblad Integraal kunt u de integraal laten tekenen van de functie.