Gebruik

Het hoofdvenster van Okteta heeft de volgende componenten: een menubalk, een werkbalk, een statusbalk, één of meer zijbalken met hulpmiddelen en het hoofddeelvenster met de tabbladen met gegevensweergaven.

Wanneer een bestand is geopend of een nieuwe reeks bytes wordt aangemaakt, dan worden de bytes, die er in zitten, achtereenvolgend getoond in regels met een gegeven aantal bytes per regel. Ze worden getoond in twee varianten: als de numerieke waarde van de bytes en als het teken toegekend aan de waarde. Waarden en tekens kunnen gescheiden van elkaar worden getoond in twee kolommen of bij elkaar met de waarde boven het teken. Aan de linkerzijde staan de offsets van het eerste byte in elke regel.

De behandeling is vergelijkbaar met die in de meeste tekstbewerkers: de gegevens kunnen bewerkt worden, geknipt, gekopieerd, geplakt, versleept en losgelaten zoals dat met tekst kan. Een cursor markeert de huidige positie. Op de Insert-toets drukken schakelt tussen de modi overschrijven en invoegen. De modus overschrijven is strikter dan in tekstbewerkers, omdat het geen bewerking toestaat die de lengte van de reeks bytes wijzigt.

Anders dan in tekstbewerkers wordt de inhoud in twee varianten getoond. Alleen een hiervan is actief met betrekking tot nieuwe invoer. Er worden twee gekoppelde cursors getoond voor de waarde en het tonen van het teken, de cursor van de actieve knippert. Met de tekens actief, kunnen tekens ingevoerd worden zoals bekend uit tekstbewerkers. Met de waarden actief opent het typen van een cijfer een minimale editor om de rest van de waarde in te voeren.

De zoekdialoog stelt de gebruiker in staat om naar een specifieke reeks byteste zoeken, te definiëren als waarden (hexadecimaal, decimaal, octaal, binair) of tekst (huidige 8-bit codering of UTF-8).

Meerdere byte-arrays kunnen tegelijk open zijn, maar slechts één kan er actief zijn. Gebruik het menu Venster om te selecteren welk byte-array actief zal zijn.