Sjablonen voor Open Document Text rapporten zijn reguliere ODT-bestanden die ontworpen kunnen worden met elke ODT tekstverwerker zoals Calligra Words of LibreOffice Writer. De gebruikte techniek is het gebruik van gebruikersveld variabelen die verwijzingen bevatten naar de informatie die opgehaald moet worden uit het project. De variabelen hebben de namen Gebruikersvelden in Writer en zijn te vinden onder → → → → . In Words hebben ze de namen Custom variabelen en zijn te vinden onder → → .
De gemakkelijkste manier om een nieuw rapportsjabloon te maken is door het wijzigen van een bestaande omdat alle gebruikersvelden zijn gedefinieerd.
De variabelen worden gebruikt om de generator in te schakelen om gegevens uit het project te halen.
Een variabele kan een referentie zijn naar een enkel gegevensveld, een referentie naar tabelgegevens of een verwijzing naar grafiekgegevens.
Een enkelvoudig gegevensveldvariabele heeft het volgende formaat:
gegevensgroepnaam
.eigenschap
= eigenschap-id
waar:
gegevensgroepnaam
kan tr zijn, project of plan (zie onderstaand).eigenschap
maakt de gebruikersveldnaam uniek.eigenschap-identiteit
identificeert de eigenschap in de gegevensgroep.
Een tabel in een rapportsjabloon bestaat uit een variabele om de te gebruiken gegevenstabel te specificeren.
De variabelenaam moet beginnen met table
(bijv. tableTaken) en de variabelewaarde moet de naam van de gegevenstabel zijn (bijv. taken).
Onmiddellijk na de variabele moet een tabel ingevoegd worden en kolommen gevuld met gebruikersveldvariabelen die specificeren welke eigenschappen op te halen uit de boven gespecificeerde tabel. Deze variabelen moeten namen hebben die beginnen met de naam van de bovenstaande tabelvariabele.
Deze variabelen hebben het volgende formaat:
tableTaken.eigenschap
= eigenschap-id
waar:
eigenschap de gebruikersveldnaam uniek maakt.
eigenschap-id identificeert de eigenschap in de gegevensgroep.
Een grafiek in een rapportsjabloon bestaat uit een variabele om de te gebruiken gegevens te specificeren in de grafiek.
De variabelenaam moet beginnen met chart
(bijv. chartBudgetkosten) en de variabelewaarde specificeert de gegevensgroep en waarden die de grafiek vullen.
De variabele heeft het volgende formaat (let op de puntkomma's):
naam
= gegevensgroep
; waarden=kommagescheiden lijst met gegevenseigenschappen
;
waar:
naam
moet beginnen met chart (bijv. chartBudgetkosten)gegevensgroep
kommagescheiden lijst met gegevenseigenschappen identificeert de eigenscahppen in de gegevensgroep.
Bijv.:
chartBudget = project; waarden=bcws kosten, bcwp kosten, acwp kosten;
Vertaalde labels stellen ons in staat algemene rapportsjablonen te produceren die in andere talen gebruikt kunnen worden.
Naam variabele | Variabele waarde |
---|---|
tr.project |
Project |
tr.manager |
Beheerder |
tr.schedule |
Plan |
tr.bcws |
BCWS |
tr.bcwp |
BCWP |
tr.acwp |
ACWP |
tr.spi |
SPI |
tr.cpi |
CPI |
Toont waarden uit het hoofdproject.
Naam variabele | Variabele waarde | Beschrijving |
---|---|---|
project.naam |
Naam |
De naam van het project |
project.beheerder |
Beheerder |
De naam van de projectbeheerder |
project.bcwscost |
BCWS-kosten |
Op kosten gebaseerde geraamde kosten van gepland werk |
project.bcwpcost |
BCWP-kosten |
Op kosten gebaseerde geraamde kosten van uitgevoerd werk |
project.acwpcost |
ACWP-kosten |
Op kosten gebaseerde werkelijke kosten van uitgevoerd werk |
project.spicost |
SPI-kosten |
Op kosten gebaseerde geplande prestatie-index |
project.cpicost |
CPI-kosten |
Op kosten gebaseerde prestatie-index van kosten |
project.bcwseffort |
BCWS-inspanning |
Op inspanning gebaseerde geraamde kosten van gepland werk |
project.bcwpeffort |
BCWP-inspanning |
Op inspanning gebaseerde geraamde kosten van uitgevoerd werk |
project.acwpeffort |
ACWP-inspanning |
Op inspanning gebaseerde werkelijke kosten van uitgevoerd werk |
project.spieffort |
SPI-inspanning |
Op inspanning gebaseerde geplande prestatie-index |
project.cpieffort |
CPI-inspanning |
Op inspanning gebaseerde prestatie-index van kosten |
Waarden tonen uit de huidige planning.
Naam variabele | Variabele waarde | Beschrijving |
---|---|---|
planning.naam |
Naam |
De naam van het plan |
schedule.state |
Status |
Planningstatus |
schedule.direction |
Naam |
Planningsrichting |
schedule.overbooking |
Overboeken |
Overboeken |
schedule.distribution |
Distributie |
Distributie |
schedule.plannedstart |
Geplande start |
Geplande start |
schedule.plannedfinish |
Gepland einde |
Gepland einde |
schedule.scheduler |
Planner |
Planner |
schedule.granularity |
Detaillering |
Detaillering |
schedule.mode |
Modus |
Planningsmodus (automatisch of handmatig) |
Ondersteunde tabeltypen:
taken
taakstatus
periodieke transacties
projecten
Om een tabel aan te maken, plaats een variabele direct voor een tabel in uw sjabloonbestand. De variabelenaam identificeert de tabel en moet beginnen met table, bijv. tableTaakstatus.
De waarde van de variabele wordt gebruikt om te wijzen naar de op te halen gegevens en moet er een zijn van de ondersteunde tabellen uit bovenstaande lijst, bijv. taakstatus.
Daarna zet u variabelen in de tabelcellen met naam en waarde uit de onderstaande tabel.
Merk op dat de tabel met planning de waarde ondersteunt beschreven in Waarden in planning bovenstaand.
De tabellen voor projecten, taken en taakstatus ondersteunen de volgende waarden:
Naam variabele | Variabele waarde | Beschrijving |
---|---|---|
|
Naam |
De naam van taak of project |
|
WBS-code | |
|
Type |
Type van taak |
|
Verantwoordelijk | |
|
Toewijzing | |
|
Schattingstype | |
|
Agenda | |
|
Schatting |
Meest waarschijnlijke schatting |
|
Optimistisch |
Optimistische verhouding |
|
Pessimistisch |
Pessimistische verhouding |
|
Risico |
Geschatte onzekerheid |
|
Voorwaarde |
Type van tijdvoorwaarde |
|
Voorwaardelijk begin |
Voorwaardelijke starttijd |
|
Voorwaardelijk eind |
Voorwaardelijke eindtijd |
|
Actief account |
Account voor lopende kosten |
|
Opstartaccount |
Account voor opstartkosten |
|
Opstartkosten |
De gemaakte kosten tijdens het opstarten van de taak |
|
Afsluitaccount |
Account voor afsluitkosten |
|
Kosten van afsluiten |
De gemaakte kosten tijdens het afsluiten van de taak |
|
Beschrijving |
Taakbeschrijving |
|
Verwacht |
Berekende meest waarschijnlijke schatting |
|
Optimistisch |
Berekende optimistische schatting |
|
Pessimistisch |
Berekende pessimistische schatting |
|
Starttijd |
Geplande starttijd |
|
Eindtijd |
Geplande eindtijd |
|
Duur |
Geplande tijdsduur |
|
Vroege start |
Vroegst mogelijk begin |
|
Vroeg einde |
Vroegst mogelijk einde |
|
Late start |
Laatst mogelijk begin |
|
Laat einde |
Laatst mogelijk einde |
|
Positieve speling | |
|
Vrije speling | |
|
Negatieve speling | |
|
Start-speling | |
|
Einde-speling | |
|
Toewijzingen |
Hulpbrontoekenningen |
|
Variantie (geschat) |
Berekende geschatte variantie |
|
Variantie (duur) |
Berekende variantie in tijdsduur |
|
Optimistisch (duur) |
Berekende optimistische tijdsduur |
|
Pessimistisch (duur) |
Berekende pessimistische tijdsduur |
|
Status |
Taakstatus zoals getoond in Taakstatusweergave |
|
% voltooid |
Taakvoltooiing |
|
Geplande inspanning |
Geplande inspanning |
|
Werkelijke inspanning |
Werkelijke inspanning |
|
Resterende inspanning |
Resterende inspanning |
|
Geplande kosten |
Geplande kosten |
|
Werkelijke kosten |
Werkelijke kosten |
|
Werkelijke start |
Werkelijke start |
|
Gestart | |
|
Werkelijk einde |
Werkelijk einde |
|
Beëindigd | |
|
Planningstatus |
Planningstatus |
|
BCWS |
Geraamde kosten van gepland werk (op kosten gebaseerd) |
|
BCWP |
Geraamde kosten van uitgevoerd werk (op kosten gebaseerd) |
|
ACWP |
Werkelijke kosten van uitgevoerd werk (op kosten gebaseerd) |
|
SPI |
Prestatie-index van planning (SPI) |
|
Kritiek |
Taak is kritiek |
|
Kritieke pad |
Taak is in kritieke pad |
|
Niet gepland |
Niet interessant |
|
Toewijzing ontbreekt |
Niet interessant |
|
Hulpbron overboekt |
Niet interessant |
|
Hulpbron niet beschikbaar |
Niet interessant |
|
Fout in voorwaarden |
Niet interessant |
|
Inspanning niet aan voldaan |
Niet interessant |
|
Planningsfout |
Niet interessant |
|
Nodeniveau, Niveau |
Niet interessant |
|
Statusnotitie |
Let op: Niet geïmplementeerd |
|
Eigenaar |
Moeten niet gebruikt worden en zijn niet erg interessant |
|
Status |
Moeten niet gebruikt worden en zijn niet erg interessant |
|
Tijd |
Moeten niet gebruikt worden en zijn niet erg interessant |
Gebruik door plaatsen van een variabele met naam chartX (X=enige tekst om de variabelenaam uniek te maken) met een waardeproject voor de grafiek die gebruikt zal worden.
De variabele heeft het formaat:
Variabele: Naam: chartX (X=enige tekst) waarde: project; waarden=
gegevens
;
waar gegevens
een kommagescheiden lijst met waarden is om ingevoegd te worden in de grafiek.
Mogelijke waarden van gegevens
zijn:
bcws-inspanning Geraamde kosten van gepland werk, gebaseerd op inspanning.
bcwp-inspanning Geraamde kosten van uitgevoerd werk, gebaseerd op inspanning.
acwp-inspanning Werkelijke kosten van uitgevoerd werk, gebaseerd op inspanning.
spi-inspanning Prestatie-index van planning, gebaseerd op inspanning.
cpi-inspanning Prestatie-index van kosten, gebaseerd op inspanning.
bcws-kosten Geraamde kosten van gepland werk, gebaseerd op kosten.
acwp cost Geraamde kosten van uitgevoerd werk, gebaseerd op kosten.
acwp cost Werkelijke kosten van uitgevoerd werk, gebaseerd op kosten.
spi cost Prestatie-index van planning, gebaseerd op kosten.
cpi cost Prestatie-index van kosten, gebaseerd op kosten.
De grafieken die u aanmaakt in uw sjabloon moeten hetzelfde aantal (of meer) kolommen hebben als het aantal waarden dat u specificeert in uw variabele.
Voorbeeld:
Variabelenaam: chart1
Waarde: project; waarden=bcws kosten,bcwp kosten, acwp kosten;
Let op dat u geen inspannings- en kosten-gebaseerde waarden kunt mengen. Als u beiden wilt tonen, maak twee grafieken.